Aan het begin van deze bestuursperiode, 3,5 jaar geleden alweer, zette ik duurzame mode hoog op de agenda. De feiten logen er namelijk niet om: de mode-industrie is de op een na meest vervuilende industrie ter wereld. Niet alleen vanwege het gebruik van gigantische hoeveelheden water en verf, ook vanwege de vele kilometers die de grondstoffen en goedkoop gefabriceerde kledingstukken uit andere werelddelen afleggen. En niet in de laatste plaats vanwege de beroerde arbeidsomstandigheden waaronder ‘fast fashion’ tot stand komt. Omdat dit geen onderwerp is dat je met de mond belijdt, ging ik meer tweedehands kleding dragen en winkelen bij de ondernemers van Het Ware Westen, een door het stadsdeel geïnitieerde en gesubsidieerde duurzame moderoute. Inmiddels is het tweedehands jasje van mijn moeder dat ik graag draag zowat het meest gefotografeerde jasje in stadsdeel West en loop ik op gympen die gemaakt zijn van mango-schillen. Mariëtte Hoitink van de Stichting House of Denim zei me deze week dat dat een fijne bijkomstigheid is van de duurzame trend: je hoeft je als bestuurder of publiek figuur straks nooit meer te verantwoorden dat je op iedere foto hetzelfde jurkje of jasje draagt. Mariëtte is met House of Denim al twaalf jaar bezig met verduurzaming en ziet een verandering bij jongeren. De jonge generatie groeit op met het bewustzijn dat het belangrijk is om te weten waar kleding vandaan komt, hoe lang het meegaat en wat de milieu-impact is als je een kledingstuk wegdoet. Steeds meer consumenten zien het belang van de lokale makers en zijn bewust op zoek naar eerlijke kleding dichtbij huis. Het transparant maken van de ‘supply chain’, dat doen Makers Unite en House of Denim in De Hallen. Makers Unite leidt nieuwkomers en mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt op tot duurzaam kleermaker. In Denim City is de Jeans School gevestigd, een 3-jarige mbo opleiding tot duurzame denim ontwikkelaar, een samenwerking van Denim City en ROC Amsterdam. Makers Unite heeft op deze manier al 220 nieuwkomers opgeleid en verbonden aan creatieve bedrijven. Ook zijn ze met de gemeente Amsterdam bezig om nieuwe plannen te ontwikkelen die een antwoord bieden op de de groeiende vraag naar reparatie en vernieuwing van kleding. Als alles meezit gaat dit een grote impuls geven aan de werkgelegenheid in de metropoolregio Amsterdam in deze branche. Dat is in alle opzichten goed nieuws, want repareren blijft veruit de meest duurzame optie: doe je een leven lang met een kledingstuk, dan scheelt dat een gigantische afvalberg en voorkom je dus milieuschade. Het is daarom dat de gemeente het voor mensen met een Stadspas mogelijk heeft gemaakt om bij verschillende kleermakers in de stad gratis hun kleding te laten repareren. Een andere mooie ontwikkeling zag ik bij The New Optimist aan de Bilderdijkstraat, een prachtige nieuwe kledingzaak waar alle kleding onder een dak lokaal wordt ontworpen en gemaakt, deels door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Het kledingaanbod is overzichtelijk: want duurzaam katoenen garen bestaat maar in een beperkt aantal kleuren, zo leerde ik, en verf (het chemische proces) blijft ingewikkeld. The New Optimist biedt een vernieuwend concept waar veel belangstelling voor is. Het idee is om het productieproces om te draaien. Eerst ontwerpen in 3D en digitaal aanbieden, om daarna on demand in eigen huis lokaal fabriceren. En niet eerst prototypes laten maken in verre landen om die hier in de markt te zetten. Mijn voorzichtige optimisme dat het uiteindelijk misschien goed komt met de mode-industrie was er ook tijdens de pitches van de zeer diverse studenten van het Amsterdam Fashion College: hun mooie, integere verhalen, hun zelfontwikkeling, zelfliefde en respect voor de aarde maken dat ik hoopvol ben.
Zij het met voorzichtigheid, want er is nog veel ondoorzichtig bij grote modeketens en er wordt kwistig gestrooid met valse duurzaamheidsclaims. Groen blijkt helaas nog vaak grijs gebied en de klimaatdoelen worden niet gehaald. Maar door de mooie voorbeelden in West groeit het vertrouwen dat de mode-ontwerpers van de toekomst een duurzamere en meer inclusieve planeet zullen achterlaten voor de volgende generaties.
Home Van Stadsdeel West Nieuw optimisme – Column Melanie van der Horst, dagelijks bestuurder stadsdeel...