In West wonen veel mensen in armoede, vaak hebben ze gewoon een baan. In de serie ‘Armoede in West’ spreekt De Westkrant met buurtgenoten. Shannie is buurtwerker in Oud-West, maar vraagt voor zichzelf maar weinig hulp. Als toeslagenouder had ze jarenlang onterecht schulden. Nog steeds is ze bang dat ze het financieel niet redt.
“Spring en handen in de lucht!” De muziek staat hard en een groepje kinderen danst mee met het optreden. Het is de feestelijke opening van de boodschappenkast in het Kindcentrum Kinkerbuurt, waar buurtbewoners gratis spullen kunnen halen. “Meer dan geslaagd”, blikt initiatiefnemer Shannie Ataliede (40) terug op het evenement. “Ik heb nieuwe buurtbewoners leren kennen.” Luisteren en helpen bij problemen is volgens haar net zo belangrijk als het weggeven van producten.
Shannie is buurtwerker en een bekend gezicht in de buurt. Eerder zamelde ze geld in om kinderen een schooltas te kunnen geven. Breed heeft ze het zelf ook niet, maar ‘het is makkelijker om hulp te vragen voor een ander’. Shannie is alleenstaande moeder van twee zoons, 19 en 10 jaar oud. Ze sporten veel en hebben continu honger, vertelt ze.

“Ik haal elke maand dezelfde lijst boodschappen voor zo’n driehonderd euro. Dat is in twee weken op. Deze week heb ik met ze moeten praten: jullie moeten echt minder eten.” Met de Stadspas kocht ze in de zomer kleding voor de jongste. Nu hij daar alweer uit is gegroeid, loopt hij in te grote kleren van zijn broer.
Ze was deze week even bang dat ze de huur niet kon betalen, maar gelukkig kwam de kinderbijslag binnen. Want er komen grote rekeningen aan, voor een ontbrekende tand en haar nieuwe gehoorapparaat. Dertig jaar heeft ze ‘in stilte geleefd’, door een klap van haar pleegmoeder toen ze tien was en waardoor het trommelvlies scheurde. Pas toen ze op haar werk steeds te horen kreeg dat ze zo hard praatte, besloot ze naar de huisarts te gaan. Een week geleden kreeg ze haar gehoorapparaat. Hoewel ze moet wennen aan alle ‘kleine geluidjes’, moest ze huilen van geluk.
Toeslagenaffaire
‘s Nachts ligt ze wakker van de maand januari die eraan komt, dan hoort ze of ze toeslagen moet terugbetalen. Nu haar oudste zoon meerderjarig is, is hij toeslagpartner. Dat betekent dat wat hij verdient als bagagemedewerker op Schiphol wordt opgeteld bij het inkomen van Shannie. Mogelijk krijgt haar huishouden nu minder toeslag. “Als ik zwaar moet terugbetalen, ben ik bang dat ik niet meer red”. Ze overweegt terug te gaan naar haar bewindvoerder, die jarenlang haar financiën beheerde vanwege schulden.
Shannie is slachtoffer van de Toeslagenaffaire. Achtduizend euro moest Shannie terugbetalen, hoorde ze vijftien jaar geleden opeens. Terwijl ze nooit kinderopvangtoeslag had gekregen. “Ik dacht: waar hebben jullie het over?” Achteraf bleek dat de toeslag was bijgeschreven op de rekening van de kinderopvang. Ze kwam in een traject met budgetbeheer, maar de schuld liep op naar vijfentwintigduizend euro. Niemand kon Shannie uitleggen hoe dat kon, ‘iets met een kredietbank’.

Tien jaar lang stond ze onder bewind en moest ze van een klein bedrag per week zien te leven. Toch was de financiële stress niet het ergste: “Ik heb een groot netwerk en ik kon altijd ergens eten.” Wel zou ze de Belastingdienst graag willen vertellen over ‘het mentale trauma’. Hulp was er nauwelijks, de schulden werden gezien als ‘eigen schuld’. Ze voelde zich een slechte moeder. Ze overwoog zelfs om haar zoon aan een pleegouder te geven. Zo ver kwam het gelukkig niet. Wel kreeg ze af en toe hulp: “Neem mijn kind maar in de vakantie, dacht ik toen, dan heb ik over hem geen zorgen. Zelf at ik dan een bouillonnetje”.
Een schadevergoeding kreeg ze na veel aandringen: dertigduizend euro. Shannie kocht nieuwe bedden voor de kinderen, ze maakten leuke uitjes en er kwam nieuwe kleding. “De oudste heeft schoenmaat 48, dat vind je niet overal.” En ze haalt binnenkort haar rijbewijs, hoopt ze. Dan kan ze in de bus van stichting Dock rijden en haar netwerk in de buurt uitbreiden. Vorig jaar overleed haar moeder op Curaçao. Shannie draaide op voor alle medische kosten en voor de uitvaart. Toen was al het geld op.
Verwaarloosd
Shannies moeder was drugsverslaafd. Haar vader vertrok naar Nederland toen Shannie nog heel jong was. “Eigenlijk had ik geen vader en geen moeder”. Ze groeide op bij familie en werd daar mishandeld en verwaarloosd, ‘dingen die geen kind mag meemaken’. Het waren anderen die zich zorgen om haar maakten, ‘de buurtoma en haar dochter, die ik mijn gezegende moeder noem’. Ze gaven Shannie ‘s ochtends voor school te eten, kleedden haar aan en kamden haar haar. “Dan moest ik na school terugkomen om me weer om te kleden, anders kreeg ik thuis een pak slaag”. Haar familie wilde niet dat bekend werd hoe ze Shannie behandelden.

Op haar tweeëntwintigste kwam ze naar Nederland, met alleen haar zoontje van één. “Zijn vader vluchtte op de dag dat ik vertelde dat ik zwanger was.” Ze kwam terecht in de crisisopvang. Na een aantal andere opvanglocaties kwam ze acht jaar geleden in haar huidige woning in Oud-West terecht. Met inmiddels haar tweede zoontje, van wie de vader eveneens nauwelijks in beeld is.
Ze ziet veel parallellen met haar eigen jeugd. “Maar wat ik doorbroken heb, is dat mijn kinderen wel echt een moeder hebben in hun leven’. Haar zoons mogen zichzelf zijn, vertelt Shannie. “Boos zijn mag. Maar daarna gaan we erover praten en zeggen we sorry.” Ze lacht hard. “Oké, ik zeg dat niet zo snel. Maar dan kook ik heel lekker voor ze en mogen ze bij mij in bed een film kijken.”
Dankbaarheid
Ze is een trotse moeder en ‘honderd procent’ trots op zichzelf. “Ik hoorde altijd: je bent niks. Nu maak ik mezelf juist zichtbaar.” Wat ze heeft meegemaakt, neemt Shannie mee in haar werk. Veel mensen zijn kwetsbaar, ziet Shannie, en ze kan hen laten zien wat zij heeft gedaan om de ellende achter zich te laten. “Ook al zijn onze verhalen niet hetzelfde, ik zoek altijd naar de klik. Jouw tranen zijn mijn tranen.”
Door haar belangrijke rol in de buurt heeft ze nu een betaalde baan als buurtwerker. Voor haar sollicitatie maakte ze een video. “Zo graag wilde ik dit doen.” Voor haar vaste groep ‘kleintjes’ organiseert ze karaoke- en verkleedfeestjes, de oudere minima neemt ze mee naar uitjes en bingoavonden. Shannie regelt fondsen en bedacht het jaarlijkse Ouder- en Kindfestival. Door haar werk voelt ze zich gewaardeerd. “Het gaat mij niet om een dankjewel, maar om de dankbaarheid. Dat mensen zich gezien voelen, precies wat ik vroeger zo nodig had.”

Maar hulp vragen voor zichzelf, dat lukt pas sinds kort. Na jaren komt er eindelijk iemand langs om de schimmel in haar huis te bekijken. Shannie heeft astma, wat ze in dit huis heeft gekregen. ‘s Ochtends wordt ze vaak ‘snotterig’ wakker, met een prikkende keel. Ook klopt Shannie sneller aan bij vriendinnen als ze krap zit. Zij doen dan boodschappen, Shannie kookt. Antilliaanse gerechten zoals gestoofde geit, okersoep en gebakken vis met funchi. “Dat vinden ze geweldig.” Geldzorgen zijn er altijd, maar in één ding heeft ze altijd vertrouwen: “God laat me niet slapen met honger.”
Shannie Ataliede (40)
Werk: jongeren- en buurtwerker, 32 uur per week
Woont: sociale huur in de Cremerbuurt, Oud-West
Gezinssituatie: alleenstaande moeder van twee inwonende zoons (10 en 19)
Inkomen: 2.100 euro netto per maand
Toeslagen en regelingen: huurtoeslag, zorgtoeslag, kindgebonden budget, Stadspas
Huur exclusief: 700 euro per maand
Overige vaste lasten: 1.050 euro per maand
Spaargeld: geen
Schulden: niet meer
Opleiding: zelfstandig werkend kok
De serie ‘Armoede in West’ komt tot stand met steun van het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten. Wil je jouw verhaal doen? Stuur ons een bericht op mail@dewestkrant.nl