Gerolf Bouwmeester van stadsdeel West is een grote onbekende. Slechts vier procent van de Westbewoners noemt zijn naam als zij gevraagd worden naar de voorzitter van de bestuurscommissie West. De D66-bestuurder scoort het laagst in bekendheid van alle stadsdeelvoorzitters.
Achmed Baâdoud (PvdA) van Nieuw-West is de bekendste: negentien procent van de bewoners van Nieuw-West weet zijn naam te noemen. De cijfers staan in de Amsterdamse Burgermonitor 2015 van de afdeling Onderzoek, Informatie en Statistiek (OIS) van de gemeente. Burgemeester Eberhard van der Laan is wel in brede kringen bekend: bijna driekwart van de ondervraagden weet zijn naam.
De bekendheid van de stadsdeelvoorzitters is teruggelopen. In 2013 kende 22 procent van de Amsterdammers nog de naam van de eigen stadsdeelvoorzitter, in 2015 was dat gedaald naar gemiddeld tien procent. In West is dat met vier procent dus nog veel minder.
De rol van stadsdelen veranderde in 2014 ingrijpend. De stadsdeelraden werden opgeheven en vervangen door bestuurscommissies, met veel minder bevoegdheden. De bestuurscommissies moesten vooral gaan fungeren als ’ogen en oren’ in de buurt, terwijl sindsdien de knopen worden doorgehakt in de Stopera.
Amsterdammers die het verschil merkten, vonden dat vaak geen verbetering. Veel personen geven volgens OIS aan dat zij het beleid minder overzichtelijk vinden, de procedures onduidelijker en dat zij veel afstand ervaren en weinig invloed hebben. De uitkomsten onderstrepen de noodzaak van een wijziging van het bestuurlijk stelsel in de stad, zo stelt OIS.
